Ik heb het hier wel eens vaker geschreven. Ik kom oorspronkelijk uit Vlissingen en ben ooit in een grijs verleden om economische redenen naar Spijkenisse verhuisd.
In eerste instantie zou je denken dat het een complete cultuurschok moet zijn geweest, maar eigenlijk blijkt dat allemaal wel mee te vallen.
Ik moet onbewust ooit voor Spijkenisse hebben gekozen omdat het zoveel op Vlissingen lijkt.
Het inwoneraantal van Vlissingen is sinds 2002 behoorlijk aan het dalen. De verwachting is dat in 2020 het inwoneraantal van 1990 weer is bereikt. In plaats van krimpen aan de Oude Maas, is dat krimpen aan de Westerschelde.
Ooit stond in Vlissingen de beroemde scheepswerf De Schelde. Midden in de stad werden grote en mooie schepen gebouwd zoals de Willem Ruys en de Kungsholm. Maar de scheepswerf is inmiddels verhuisd naar een nabijgelegen industrieterrein, het oorspronkelijke terrein staat nu braak.
Monumentale fabrieken zijn gesloopt om….. woningen te gaan bouwen. Maar ja, de gemeente stelde het allemaal iets te rooskleurig voor, stak zich in de schulden en zag de interesse voor de nieuwe woonwijk verdampen. Als redmiddel wordt de bouw van de woningen versneld.
En waar Spijkenisse een molen moest verhogen om zijn bouwplannen door te drukken, moest Vlissingen zich ontdoen van een grote kraan van de eerder genoemde scheepswerf. De kraan werd ontmanteld en opgeslagen. En inmiddels ligt hij al een tijd te roesten en te wachten op een laag verf, net als onze molen die nog steeds op de door de wethouder beloofde klodder verf wacht.
Het ziekenhuis in Vlissingen, het Admiraal De Ruyter Ziekenhuis, is het Ruwaard van Putten ziekenhuis bijna genaderd in de onderste regionen van de AD top 100 en kende net als in Spijkenisse een probleem met een paar topmannen. Uiteraard opgelost door er een hoop geld in te stoppen.
Het winkelhart van Vlissingen moest een flinke opknapbeurt hebben en daardoor werden er een aantal nieuwe winkels uit de grond gestampt. Met bijbehorende parkeergarage uiteraard. Inmiddels zijn de parkeertarieven flink gestegen en is alleen in de ver afgelegen wijken je auto nog gratis te parkeren. Door de nieuwe winkels veranderde “de loop” van de winkelende bewoners met als gevolg dat delen van de oude winkelstraat aan het afsterven zijn.
Maar de reden dat ik dit stukje schrijf is iets wat ik vanmiddag hoorde op Omroep Zeeland. Zij hebben een programma waar luisteraars kunnen bellen om hun zegje te doen. Het programma heet dan ook heel origineel “Zegt u het maar”.
Aan de lijn was een bezorgde inwoner van Vlissingen. Zo’n 2 weken geleden had hij de gemeente gebeld over een verzakking in één van de grotere winkelstraten in Vlissingen. De verzakking was zodanig dat hij regelmatig mensen zag struikelen en na een tijdje had hij dus maar besloten de telefoon te pakken om de gemeente te waarschuwen.
Die, oh verrassing, niets had gedaan. Inmiddels was een kennis van de man al zo zwaar ten val gekomen dat zij haar schouder had verwond en had een andere, oudere, vrouw haar pink gebroken.
Na nog een paar keer bellen naar de gemeente had hij maar besloten om zijn verhaal op de radio te doen.
En toen wist ik het zeker…. Eigenlijk ben ik nooit verhuisd.
Het kan ook anders trouwens. Bij Sluiskil hebben ze een brug in een belangrijke verkeersader. Helaas ligt die brug over het kanaal van Terneuzen naar Gent en staat hij dus vaak open. Tot zo’n 5 uur per dag. De brug is beroemd (en nog veel beruchter) in Sluiskil en de verre omtrek. Waar kennen we dat van?
In plaats dat de gemeente daar bleef hopen op de verlenging van de snelweg (waarvan ieder gezond denkend mens kon bedenken dat die er op de korte en/of middellange termijn niet zou komen), werd actie ondernomen.
En dus kreeg die brug bloktijden. Hoe belangrijk het kanaal ook is voor de haven van Gent, in de spits is de brug een aardige tijd alleen bestemd voor het wegverkeer. En om ook de mensen buiten de spits een vrije doortocht te garanderen, wordt nu ook een tunnel aangelegd. Dat is nog eens de mouwen uit de handen steken.
Daar waar Rotterdam en omstreken ooit bekend stond om de verkoop van overhemden met reeds opgestroopte mouwen, doen ze in Zeeland niet moeilijk en steken ze gewoon een schop in de grond.
En hier in Spijkenisse? Hier worden we blij gemaakt met de zoveelste vestiging van een landelijke keten, danwel een kleine uitvoering van een mega-store.
Verder blijven we gewoon in sprookjes geloven. En dan vooral dat sprookje van het (oranje) biggetje dat vond dat hij genoeg gedaan had en zeker wist dat zijn huis van hout sterk genoeg was.
Tot de grote boze wolf langskwam en het huisje omblies. Pffffffffffffffffffffffffffffff
Peter Stroo