Hoofdverdachte zwijgt
In de Rotterdamse rechtbank werd vandaag een zitting gehouden in de zaak van de vermoorde Joke Lorsé. 11 augustus 2009, werd haar mishandelde, levenloze lichaam gevonden in recreatiegebied de Bernisse bij Simonshaven.
In eerste instantie werd haar exman alleen gehoord als getuige, hij verklaarde dat ze beiden overvallen waren, waarbij ook hijzelf licht gewond was geraakt.
Vlak hierna werd hij echter als verdachte opgepakt en beriep zich direct op zijn zwijgrecht. De advocaat van de verdachte E.L. nam deze zitting ruim de tijd om zijn onvrede te uiten over het, naar zijn zeggen, onrechtmatig afluisteren van de verdachte ten tijde van diens verblijf in De Schie. De rechter veegde deze bezwaren uiteindelijk van tafel als niet relevant voor het onderzoek.
Van de afdruk van een schoenzool op het gezicht van de vermoorde vrouw kon technisch niet onomstotelijk bewezen worden dat het hier om de voetafdruk van de verdachte gaat. Op één van de gevonden kogelhulzen is DNA aangetroffen wat van een derde is. ( het slachtoffer had geen schotwonden, maar er werden een aantal hulzen ter plaatse gevonden.)
Familieleden van het slachtoffer hebben aangegeven DNA te willen afstaan, zij zijn namelijk direct op de plaats delict geweest en hebben dingen aangeraakt voordat de politie alles had veilig gesteld. De verdachte heeft geweigerd mee te werken aan een onderzoek in het Pieter Baancentrum. De advocaat van de verdachte, mr. Van Ardenne, stelt dat zijn cliënt alles heeft verteld dat hij zich kan herinneren, ook al is dat fragmentarisch. Zijn cliënt ziet niets in een onderzoek naar de vraag of stress kan leiden tot geheugenverlies etc. omdat dit “al vast staat in de literatuur”.
Hij was, volgens zijn versie van het gebeuren; dat ze overvallen zijn, dusdanig gestrest dat zijn hersenen niet hebben waargenomen wat er exact gebeurt is.
Er moet nog onderzocht worden hoe een druppel bloed van het slachtoffer op de rug van het overhemd van de verdachte terecht is gekomen. De rechtbank heeft daarom gelast een reconstructie uit te voeren op de plaats van de moord. Eerst zal er nog een schouw op de plaats van de moord plaatsvinden. Na een korte schorsing gaf de advocaat van de verdachte aan dat hij nog niet voldoende tijd heeft gehad dit goed met zijn cliënt te kunnen bespreken. Het is dus nog niet duidelijk of de verdachte wel of niet zal meewerken aan een reconstructie op de locatie. De verdediging zegt wel, de meerwaarde van zo’n onderzoek niet in te zien. De rechtbank vind het echter wel relevant en de reconstructie zal mogelijk na de zomervakantie plaatsvinden. De familieleden die als eerste ter plaatse waren, hebben aangegeven wel mee te willen werken.
De zitting duurde ruim twee uur waarbij de verdachte en zijn familieleden, en de familie en vrienden van het slachtoffer van elkaar gescheiden werden gehouden. In november 2009 was de eerste zitting in deze zaak. Na de reconstructie zal waarschijnlijk de inhoudelijke behandeling van deze zaak plaatsvinden.
